Connect4Cancer door studenten en onderzoekers van Avans Hogeschool

Connect4Cancer

Studenten en onderzoekers van Avans Hogeschool zetten zich de komende jaren in om Brabantse inloophuizen voor mensen die getroffen zijn door kanker te professionaliseren en bekender te maken onder patiënten, hun naasten en zorgverleners. Inloophuizen voorzien in sociaal emotionele ondersteuning die huisartsen en zorgverleners in het ziekenhuis onvoldoende kunnen bieden. Het project Connect4Cancer wordt mede mogelijk gemaakt door het CZ Fonds.

Inloophuizen, aangesloten bij Instellingen PsychoSociale Oncologie (IPSO), bieden verschillende activiteiten voor kankerpatiënten en hun naasten, zoals zingen, wandelen, schilderen, massage en yoga. Er is gelegenheid om lotgenoten te ontmoeten en vrijwilligers bieden een luisterend oor.

Connect4Cancer

Afgelopen maanden hebben studenten de eerste onderzoeken gedaan bij inloophuizen in ‘s-Hertogenbosch, Helmond, Veldhoven, Waalwijk, Tilburg, Breda en Roosendaal. Studenten Bedrijfseconomie en Accountancy hebben het financieel en maatschappelijk rendement van een van de inloophuizen in kaart gebracht. Uit deze eerste verkenning blijkt dat de zorg in het inloophuis en contact met lotgenoten niet alleen leidt tot een hogere kwaliteit van zorg en leven, maar ook tot minder bezoeken aan huisartsen of specialisten, wat een kostenbesparing oplevert.

Mieke van Thiel, initiatiefnemer van Connect4Cancer: ‘Zorgkosten nemen alleen maar toe en de inzet van mantelzorgers en vrijwilligers wordt steeds belangrijker in onze participatiemaatschappij. De grote uitdaging op dit moment is om zorg van artsen, specialisten en instellingen zo goed mogelijk te verbinden aan zorg door mantelzorgers en bijvoorbeeld de zorgverleners in inloophuizen. Het doel van Connect4Cancer is om te onderzoeken welke rol inloophuizen het beste kunnen vervullen in het zorgstelsel en wat daarvoor nodig is.’

Onbekendheid en imago

Uit enquêtes en gesprekken met bezoekers van inloophuizen en zorgverleners blijkt dat veel patiënten, naasten en zorgverleners de inloophuizen niet kennen of geen goed beeld van de inloophuizen hebben. ‘Veel mensen denken dat een inloophuis een plek is waar alleen maar over problemen gepraat wordt, terwijl het in werkelijkheid ook een ontspannen plek is in huiselijke sfeer waar je activiteiten kunt doen om je gedachten te verzetten.’, stelt student Communicatie Willem Everaert.

Activiteitenaanbod inloophuizen uitbreiden

Studenten hebben ook de behoeftes van verschillende patiëntgroepen onder de loep genomen. Activiteiten die nu al aangeboden worden, zoals bewegen en creatief bezig zijn, zorgen voor het verminderen van stress en een betere fysieke gesteldheid, waardoor behandeling beter aanslaat. Maar het aanbod sluit nu niet aan bij wensen van alle patiëntgroepen. Mannen bezoeken inloophuizen bijvoorbeeld minder vaak dan vrouwen. Zij blijken andere behoeftes te hebben. Student Social Work Jorieke van der Zande: ‘Mannen met wie ik gesproken heb, gaven aan minder behoefte te hebben aan zorg en meer aan sporten, bewegen en ondersteuning bij financiën en het zoeken naar (vrijwiligers-)werk.’

Ook jongvolwassen naasten en nabestaanden van kankerpatiënten komen weinig in inloophuizen. Uit onderzoek van Social Work student Emma Goevaerts blijkt dat zij de drempel om naar een inloophuis te gaan hoog vinden. Maar ze hebben wel behoefte aan een luisterend oor, wat ze niet altijd in hun omgeving vinden. Een online platform waar ze terecht kunnen, zou voor hen een oplossing zijn.

Fondsenwerving

Om de dienstverlening te kunnen uitbreiden, is het belangrijk om de financiële situatie van inloophuizen te verstevigen. Studenten Commerciële Economie onderzochten hoe inloophuizen structureel fondsen kunnen werven. Ze deden aanbevelingen voor het oprichten van een fonds en het opzetten van een sponsormoment.

Vervolgonderzoek

Vanaf september start een nieuwe groep studenten van verschillende opleidingen met vervolgonderzoeken.