ETZ test nieuw medicijn darmkanker

NIEUW MEDICIJN

Het ETZ (Elisabeth-TweeSteden Ziekenhuis) in Tilburg/Waalwijk neemt deel aan een internationale studie om de werking van een nieuw medicijn te testen bij patiënten met uitgezaaide darmkanker. De eerste patiënt in Europa heeft zich in het ETZ voor de trial aangemeld.

Het wetenschappelijk onderzoek richt zich op het middel Napabucasin BBI608 van Boston Biomedical. Het gaat hierbij om een registratiestudie. “Eerst wordt in onderzoeksverband de veiligheid van een nieuw medicijn getest en vervolgens de werking; of het middel daadwerkelijk iets doet”, verklaart internist-oncoloog Robbert van Alphen. “De uitkomsten zijn zo veelbelovend dat nu een vervolgstudie is opgezet waarbij door ziekenhuizen in een groot aantal landen wordt onderzocht of toevoeging van deze pil daadwerkelijk betere resultaten biedt dan alleen chemo.” Het ETZ neemt hier aan deel.

Levensverwachting

Voor het onderzoek zijn wereldwijd 1.250 volwassen patiënten nodig. Alle patiënten krijgen de standaard chemotherapie. De ene helft van de groep krijgt bovendien het nieuwe middel toegediend en de andere helft niet. Voor de studie komen patiënten met uitgezaaide darmkanker in aanmerking, die weer groei hebben van hun ziekte tijdens (of binnen een half jaar na) hun eerste cyclus chemotherapie en dus toe zijn aan een nieuw soort systeemtherapie. “Bij zo’n tweedelijns chemotherapie reageert de tumor gemiddeld genomen zes maanden. Met de toevoeging van dit veelbelovende nieuwe middel hopen we hier een significante periode aan toe te voegen”, zegt Van Alphen.
De internist-oncoloog is enthousiast over het nieuwe middel, dat in tabletvorm wordt toegediend. “Omdat het anders werkt dan de bestaande middelen. Onderzoek toont aan dat kwaadaardige tumoren ontstaan uit groepen cellen die nog veel herstel- en groeicapaciteiten bezitten. Hieruit komen cellen die die eigenschappen steeds meer verliezen. Bij tumoren die eerder aan chemotherapie zijn blootgesteld blijken meer en meer van dit soort kankerstamcelachtige cellen voor te komen en waarschijnlijk is dat de reden is dat de chemotherapie minder goed aanslaat. BBI608 richt zich op deze kankerstamcellen, zeg maar de moedercellen van de tumor. Door de combinatie met chemotherapie pakken we dus de tumor ook bij de bron aan, terwijl met de gebruikelijke chemo vooral de gewone kankercellen, de soldaatjes, worden bestreden. We hopen hiermee een deel van onze patiënten alvast de mogelijkheid te geven van dit middel te profiteren.”

Bijwerkingen

Helaas komen niet alle patiënten voor de studie in aanmerking. Van Alphen: “Om te beginnen moet de nier- en leverfunctie voldoende zijn. En het bloedgehalte goed. Verder moet de conditie voldoende zijn om standaard chemo te kunnen verdragen. Daarnaast moeten patiënten bereid zijn om extra bloedonderzoek te ondergaan, want we monitoren gedurende de kuur wie wel of niet goed reageert op de behandeling.”
Omdat het nieuwe middel gelijktijdig met de chemo wordt toegediend, is er door de combinatie wel meer kans op bijwerkingen. “Het vervelendste neveneffect is diarree. Daar zijn we uiteraard heel alert op. Patiënten krijgen direct middelen toegediend om de diarree te onderdrukken. Dat is goed vastgelegd in het bijbehorende behandelprotocol.”

Onderzoekscentrum

Jaarlijks opereert het ETZ circa 250 nieuwe patiënten met darmkanker. Van Alphen: “Voor de studie naar het nieuwe medicijn voor darmkanker zijn wij voor Nederland het indienende centrum. En dankzij onze goede samenwerking hebben we als eerste in Europa een patiënt kunnen includeren”. Waarom is het ETZ gevraagd om deel te nemen aan de studie? Van Alphen: “Wij zijn een groot onderzoekscentrum. Bij eerdere onderzoeken hebben we aangetoond een betrouwbare partner te zijn. We doen wat we beloven en leveren goede kwaliteit zorg aan patiënten en registreren dit netjes.”
Er nemen nog vier andere ziekenhuizen in Nederland deel aan de studie; AMC Amsterdam, Maastricht UMC+, Medisch Centrum Leeuwarden en het Spaarne Gasthuis.