Felbegeerd certificaat ‘Zorg voor Borstvoeding’ voor het St. Elisabeth Ziekenhuis Tilburg

Met trots kan het St. Elisabeth Ziekenhuis Tilburg melden dat het certificaat ‘Zorg voor Borstvoeding’ is verkregen, met een uitzonderlijk goede beoordeling. Dit certificaat bevestigt de continuïteit en de hoge kwaliteit van zorg die het St. Elisabeth moeder en kind bieden ten aanzien van borstvoeding.

In de beoordeling wordt onder meer lovend gesproken over de grote stimulerende rol van lactatiekundigen Sylvie Koks en Ellen Crutz. Ook de mogelijkheid om het kind direct op de blote huid te krijgen na een keizersnede werd als bijzonder positief beoordeeld. Het St. Elisabeth is het enige ziekenhuis in de regio dat deze mogelijkheid biedt.

Artsen
Ook het protocol voor bijvoeden, de voorlichting aan de zwangere vrouwen en het feit dat het borstvoedingsbeleid door de (kinder)artsen en gynaecologen wordt gedragen, is als bijzonder positief ervaren.

Wat verder een goede beoordeling kreeg, is het Moeder Kind Centrum. Hier kunnen moeders bij hun kind verblijven, wat de borstvoeding bijzonder ten goede komt. Ook vaders kunnen in het Moeder Kind Centrum blijven slapen, in dezelfde kamer als moeder en kind.

Lovende beoordeling
Ruim veertig medewerkers van de kraamafdeling en de verloskamers zijn tijdens het onderzoek geïnterviewd. Ook ruim twintig (aanstaande) moeders zijn bevraagd over hoe het ziekenhuis omgaat met het adviseren over en ondersteunen bij het geven van borstvoeding. Uit al deze interviews en uit de toetsing van de afdeling kwam een buitengewoon lovende beoordeling voort.

 “Alles in het St. Elisabeth Ziekenhuis is erop gericht ouders en kind niet te scheiden van elkaar en adequate en eenduidige zorg voor de borstvoeding te geven”, zo meldt het rapport van de Stichting Zorg voor Borstvoeding. Dit alles gebeurt uiteraard met respect voor ouders die er voor kiezen hun baby flesvoeding te geven. Ook zij krijgen alle benodigde ondersteuning en begeleiding.

Grondig onderzoek
Het certificaat wordt pas verstrekt na een grondig onderzoek door de stichting Zorg voor Borstvoeding. Getoetst wordt of het ziekenhuis zich houdt aan de richtlijnen voor borstvoeding zoals die zijn opgesteld door Unicef en World Health Organization (WHO).

De tien vuistregels die de stichting hanteert zijn:
 
1. Het ziekenhuis heeft een borstvoedingsbeleid op papier, dat standaard bekend wordt gemaakt aan alle betrokken medewerkers.
2. Alle betrokken medewerkers leren de vaardigheden aan die noodzakelijk zijn voor het uitvoeren van dat beleid.
3. Alle zwangere vrouwen worden voorgelicht over de voordelen en de praktijk van borstvoeding geven.
4. Moeders worden binnen een uur na de geboorte van hun kind geholpen met borstvoeding geven.
5. Aan vrouwen wordt uitgelegd hoe ze hun ba/by moeten aanleggen en hoe zij de melkproductie in stand kunnen houden, zelfs als de baby van de moeder moet worden gescheiden.
6. Pasgeborenen krijgen geen andere voeding dan borstvoeding, noch extra vocht, tenzij op medische indicatie.
7. Moeder en kind mogen dag en nacht bij elkaar op één kamer blijven.
8. Borstvoeding op verzoek wordt nagestreefd.
9. Aan pasgeborenen die borstvoeding krijgen wordt geen speen of fopspeen gegeven.
10. Het ziekenhuis onderhoudt contacten met andere instellingen en disciplines over de begeleiding van borstvoeding en verwijst ouders naar borstvoedingorganisaties.