Al sinds jaar en dag is Jan de Cock Mode een begrip in Tilburg. Klanten weten de winkel al decennialang te vinden voor een trouwpak, bijzonder kostuum of casual outfit. Jan-Hein de Cock (49) is sinds 2002 de vierde generatie De Cock die de herenmodezaak aan het NS-Plein leidt. Een gesprek over valkuilen en ambities, tegenslagen en hoogtepunten.
Fotografie: Jules van Iperen
Textielfamilie
Het was de overgrootvader van Jan-Hein, Jan de Cock, die in 1889 als kleermaker een eenmanszaak startte aan het Tilburgse Smidspad en daarmee het zaadje plantte voor het uiteindelijke familiebedrijf. Een generatie later werd al een herenkledingzaak bestierd op de hoek van de Koestraat en de toenmalige Atelierstraat. Zo’n vijfentachtig jaar geleden werd vervolgens de huidige zaak op het NS-Plein gebouwd door de familie De Cock. In 2002 nam Jan-Hein dus het stokje over van zijn ouders.
Jan-Hein, goedlachs en ontspannen, vertelt over zijn eerste stappen in de modewereld. “Ik heb het vak geleerd bij een mode-agent in Amsterdam en heb daarna enkele jaren bij Van Deursen Retail (eigenaar Shoeby, red.) gewerkt. Sinds mijn zestiende hielp ik al wel op de donderdagavond in de winkel van mijn ouders, later kwam daar de zaterdag bij.” Rond zijn dertigste voerde Jan-Hein de eerste gesprekken over opvolging. “Ik stond ervoor open, maar wel op voorwaarde dat ik er echt mijn eigen zaak van mocht maken. Ik wilde een paar dingen rigoureus veranderen.”
Van pakkenzaak naar trendy herenwinkel
Waar Jan de Cock Mode jarenlang echt als een ‘pakkenzaak’ bekend stond, wilde Jan-Hein de boel opfrissen. Dit besluit kwam mede tot stand door de verschuivingen in het straatbeeld. “Vroeger liep de kantoormedewerker standaard in pak. Voor bankmedewerkers, accountants en advocaten bleef dat lange tijd zo. Dat waren traditioneel gezien ook onder andere onze klanten. Maar ook in die branches verdween de stropdas langzaam uit zicht. Later werd casual Friday ingevoerd en nu gelden er op dat type kantoren heel andere kledingvoorschriften.” Zodoende verhuisden de kostuums in de zaak naar de bovenverdieping en werd er meer ruimte gemaakt voor nette casual kleding. Een verandering die bij Jan-Hein past. “Ik hou zelf heel erg van een mooie jeans met een goed jasje of mooi vest en daaronder een toffe coltrui, hemd of polo,” vertelt hij. “Van mij mag een outfit hip zijn en een knipoog hebben.” Slonzig zul je de modeliefhebber pur sang nooit over straat zien gaan. “Ik ben het visitekaartje van mijn winkel, dat kan niet. Maar thuis trek ik het liefst mijn joggingpak aan hoor!” lacht hij.
Joggingpakken en corona
Zeg je joggingpakken, dan zeg je bijna automatisch coronacrisis. De landelijke lockdowns hebben ervoor gezorgd dat mensen zich makkelijker gingen kleden. Iedereen kent wel het beeld van werknemers die tijdens een videocall met nette blouse achter de webcam zitten, met buiten beeld een joggingbroek en sloffen die de outfit compleet maken. Die trend vertaalt zich nu door in kledingcollecties. Jan-Hein: “Mensen willen overal stretch in hebben verwerkt, vragen om zachte stoffen en gemakkelijk zittende kleding. Prima, maar het hoeft van mij niet door te slaan. Ik hou ervan als mensen hun best doen om zich mooi te maken. Wat mij betreft trek je voor een avond uit eten in een goed restaurant gewoon een jasje aan. Dat draagt bij aan een mooie avond, vind ik.”
De coronacrisis, waar we bij het publiceren van dit interview nog altijd in zitten, ziet Jan-Hein voor zichzelf als een zware, maar leerzame periode. “Natuurlijk heb ik gevloekt bij de persconferentie waarin werd verteld dat we dicht moesten. Maar de volgende dag ben ik plannen gaan maken. Stilzitten was geen optie.” Binnen no time was er een website in de lucht waar klanten de collectie konden bekijken. Ze hoefden maar een appje te sturen met een wensenlijst en Jan-Hein sprong in de auto met een zogenaamde ‘Pas-Tas’.”In vier weken tijd heb ik toen vierduizend kilometer gereden, bizar. Je komt bij klanten over de vloer, hoort ook hun verhalen. Dat maakt de band die je met ze hebt nog sterker dan hij al was.” Naast de persoonlijke service verzorgde Jan-Hein de Cock tijdens de verschillende lockdowns ook aspergemenu’s en barbecuepakketten voor zijn trouwe klanten. “Ik wilde laten zien wat ze voor me waard zijn.”
Wateroverlast
Net weer opgekrabbeld van de eerste zware maanden, slaat het noodlot opnieuw toe. Zware regenval veroorzaakt in juni 2020 een enorme lekkage in het prachtige winkelpand. De antieke parketvloer, armaturen en originele plafonds raken daarbij onherstelbaar beschadigd. “Toen heb ik echt een tijd op de trap in de zaak voor me uit zitten staren. Ik ben een optimist, maar wist het op dat moment echt even niet meer.” Een week gesloten deuren, verbouwingsuitverkoop en slepend gedoe met de verzekering waren het gevolg. Die hele periode is inmiddels afgesloten. “Ik kijk weer vooruit, heb weer goede moed.”
Succesfactoren
Servicegerichtheid en klantcontact zijn de succesfactoren van Jan de Cock Mode. “Wie hier voet over de drempel zet, komt bijna altijd terug. Er is hier tijd voor een kop koffie, een goed gesprek en in het weekend een glas wijn. Het verschil met een zaak in de Heuvelstraat is dat mensen hier gericht naartoe komen. Het is een uitje voor ze. Parkeren voor de deur, op het gemak rondkijken en vaak met een goedgevulde tas en een glimlach naar buiten. Heerlijk.” Over de vraag of hij liever wel of geen dames in zijn winkel heeft, is Jan-Hein duidelijk: “Natuurlijk zijn dames van harte welkom! Gezellig juist. De meeste vrouwen van vaste klanten ken ik wel. Wat wel typisch is, is het feit dat de kleding die een man aanheeft niet wordt gekocht als zijn vrouw het niet aanstaat. Dan kan de klant in kwestie nog zo enthousiast zijn, en ik ook, die broek of trui gaat negen van de tien keer niet mee. Overigens geldt het andersom ook.”
Natuurlijk is Jan-Hein in gedachten soms bezig met de toekomst van het familiebedrijf. “Mijn drie dochters zijn wel echte fashionista’s, maar ik denk niet dat ik ze wil opzadelen met een risicovolle opvolging. De retailbranche is de laatste jaren, onder andere door digitalisering, ontzettend veranderd. Wie zegt dat er over twintig jaar nog fysieke winkels zijn?” Zelf verwacht hij de komende tien jaar nog wel in de zaak te staan. “Ik word in februari vijftig en heb altijd geroepen dat ik op m’n vijfenvijftigste zou stoppen. Daar gaat door de coronajaren een streep doorheen. Niet dat ik het erg vind hoor, ik heb een prachtig vak. Na een flinke dip is het nu weer bouwen aan het team en de winkel naar een hoger level tillen. Het belangrijkste vind ik dat ik met mijn fantastische vrouw en mooie meiden kan blijven genieten. Lekker eten en op z’n tijd op vakantie. Dan voel ik me een gezegend mens.”
Onlangs had Jan-Hein een klant in de zaak van eind twintig. De jongen vertelde dat hij al eerder binnen wilde stappen, maar iets hem tegenhield. “Soms associëren mensen het statige pand met peperdure kleding of een stijve sfeer. Jammer, want dat is absoluut niet het geval! Ik nodig iedereen uit om hier eens binnen te stappen. Dan ervaar je zelf hoe gezellig en laagdrempelig het bij ons is.”
Powered by BDO
De reeks ‘Ondernemersverhalen’ wordt mede mogelijk gemaakt door BDO Accountants & Belastingadviseurs. Al sinds 1935, het jaar waarin BDO in Tilburg werd opgericht, stimuleren zij het lokaal maar zeker ook regionaal en (inter)nationaal ondernemerschap. Houd onze kanalen in de gaten voor meer verhalen van Tilburgse ondernemers. Zoals het verhaal van Kim Dingemans (D.S.G. Schoonmaakbedrijf), Leander de Haas (H&H Security), Marcel Hamers (Hamers Metaalbewerking) en Daan van Venrooij (Van Venrooij Interieurbouw).
