Zeldzame prehistorische nederzetting in Tilburg ontdekt

Tijdens archeologisch onderzoek in het plangebied Loven-Noord 1 in Tilburg is een zeldzame prehistorische nederzetting aangetroffen. De nederzetting dateert uit het neolithicum, een periode waarover in het gebied van de Brabantse en Noord-Belgische zandgronden nauwelijks informatie bekend is. Het verdere onderzoek van het vondstmateriaal en de omgeving van de nederzetting biedt goede mogelijkheden om deze leemte nader in te vullen. Gemeente Tilburg laat met steun van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed door ARCHOL BV / Universiteit Leiden archeologisch onderzoek in Loven-Noord uitvoeren. Dit gebeurt ter voorbereiding van de bouw van de nieuwe werkplaats NedTrain.

Bijzondere ontdekking
Tijdens de eerste fase van het onderzoek werd een neolithische nederzetting opgegraven. Op een kleine dekzandrug werden over een gebied van enkele honderden vierkante meters paalsporen en kuilen aangetroffen. Bij deze grondsporen vonden archeologen ook tientallen stenen werktuigen, aardewerk en natuursteen. De meerderheid van het vondstmateriaal dateert uit het midden-neolithicum, meer bepaald uit de periode van de Vlaardingencultuur (3500-2500 voor Christus). Opvallende vondsten zijn twee bijlen (één van natuursteen en de ander van vuursteen), eveneens uit de Vlaardingencultuur. Vindplaatsen waar grondsporen, aardewerk en werktuigen in samenhang voorkomen ontbraken tot nu toe volledig. In Tilburg is er daarom sprake van een bijzondere ontdekking.

Het neolithicum
In het neolithicum vindt tussen 5300 en 2000 voor Christus de overgang plaats van een samenleving van jager-verzamelaars naar één van landbouwers. Voor het eerst woonden mensen in vaste nederzettingen. Informatie over deze belangrijke archeologische periode is op de zandgronden van Brabant en Noord-België zeer schaars.

Vervolgtraject
De komende maanden worden de resultaten van de opgraving in Tilburg verder onderzocht. Zo moet duidelijk worden of in de verspreiding van de grondsporen een plattegrond van bijvoorbeeld een huis of een graanschuur kan worden herkend. Ongeacht de uitkomsten staat nu al vast dat de neolithische vindplaats in Tilburg belangrijke informatie zal verschaffen over de eerste boeren op de zandgronden van Zuid-Nederland.